Je hoort de term overal voorbijkomen en ook wij hebben het er veel over: biodiversiteit. Maar wat is het eigenlijk? We leggen het je graag uit. Want biodiversiteit is veel meer dan alleen ‘heel veel verschillende soorten’. En zonder biodiversiteit kunnen wij het als mensheid wel schudden.
Wat is biodiversiteit?
We duiken er meteen in. Biodiversiteit betekent letterlijk: een diversiteit aan leven. Op het simpelste niveau betekent biodiversiteit dus dat er heel veel verschillende soorten zijn, soorten vogels, soorten katachtigen, soorten bacteriën, soorten schimmels, et cetera. Maar de term biodiversiteit is veel meer dan dat: het gaat vooral over hoe al die verschillende soorten met elkaar samenhangen en met elkaar in balans zijn.
Biodiversiteit is een van de belangrijkste kenmerken van onze planeet, en de aarde heeft er sinds de oerknal over gedaan om een heel intelligent web van interacties te ontwikkelen die allemaal van elkaar afhankelijk zijn. Biodiversiteit gaat ook niet alleen over wat er leeft en hoe dat leven met elkaar samenhangt, de fysieke omgeving doet er ook toe. Want soms is een levensvorm weer afhankelijk van bijvoorbeeld bergen of de plek waar altijd in november regen valt, of van de manier waarop een rivier de bocht om gaat.
We hebben het aan deze ingenieuze interacties te danken dat het ook voor ons zo prettig leven is op aarde. We zijn ervan afhankelijk. Waarschijnlijk nog veel meer dan we ons nu kunnen beseffen. Want heel veel weten we nog nìet, bijvoorbeeld over schimmels en bacteriën.
Simpel voorbeeld van wat we wél weten: wat hebben slingerapen te maken met het remmen van de opwarming van de aarde? Nou? Ze zijn cruciaal in het verspreiden van zaden van grote woudreuzen in de Amazone, die weer heel belangrijk zijn voor CO2-opslag. Enorm lange tijd speelden de slingerapen dus een rol in het stabiel houden van het klimaat. Nu zijn ze in de verdrukking, net als de Amazone. Dit voorbeeld komt uit een mooi artikel in The Guardian over biodiversiteit, wil je meer weten dan is dat een goede leestip.
In dat artikel staat ook dat er een meer filosofische betekenis is van biodiversiteit:
It represents the knowledge learned by evolving species over millions of years about how to survive through the vastly varying environmental conditions Earth has experienced. Seen like that, experts warn, humanity is currently “burning the library of life".
Hoe staat het er dan voor met de biodiversiteit?
Helemaal niet goed. De Verenigde Naties bracht in 2019 rapport uit over een onderzoek naar biodiversiteit, waaruit bleek dat van de acht miljoen planten- en diersoorten die we nu hebben, er één miljoen soorten binnen tientallen jaren zullen uitsterven. Ze stellen ook dat als we nu niet meteen in actie komen, de wereld miljoenen jaren de tijd nodig hebben om de biodiversiteit weer helemaal te herstellen. Dan moet de evolutie immers weer z’n werk gaan doen, en dat is een nogal tijdrovend proces.
Dichtbij huis werd deze week bekend dat haas en konijn zijn toegetreden tot de Rode Lijst van bedreigde soorten. Onder andere de otter verdween van die lijst, dus er kan wat aan gedaan worden als we maar willen. Da’s hoopvol. De haas zou een comeback kunnen herstellen als het agrarisch gebied verandert en strikte monocultuur zonder oneffenheden loslaat en weer ruige randjes gaat toevoegen.
Op welke manier zijn we afhankelijk van biodiversiteit?
Een uitgestorven tijger, wat maakt het uit, je zag ze toch alleen in de dierentuin. Minder mieren en andere insecten: alleen maar fijn toch? Maar zonder biodiversiteit kunnen mensen niet op aarde leven, denken wetenschappers.
Lucht, water, leefbaarheid
Biodiversiteit zorgt voor schone lucht, voor drinkwater, voor bevruchting van gewassen die we eten, voor een gezonde bodem waar veel planten in kunnen groeien waar wij weer van kunnen eten. Bovendien zorgt biodiversiteit er op sommige plekken voor dat ze überhaupt leefbaar zijn voor mensen. Zo helpen koraalriffen en mangrovebossen op kunstplekken bij het afzwakken of tegenhouden van cyclonen en tsunami’s.
Voeding
Een heel groot deel van onze voeding komt van een beperkt aantal soorten. De industriële landbouw houdt van monocultuur, want dat zorgt voor lekker hoge efficiëntie. Maar allerlei ziektes en plagen houden natuurlijk enorm van monoculturen: ze hebben eindeloos te eten en plek om huis te houden. Daar worden dan elke keer weer giffen voor bedacht, om die te onderdrukken, of de gewassen worden genetisch gemanipuleerd om ofwel tegen de nieuwe ziekte te kunnen ofwel tegen het gif. Maar dat spel houdt natuurlijk een keer op. De banaan die wij allemaal eten bijvoorbeeld, de Cavendish, wordt bedreigd door een schimmel die zich lastig weg laat krijgen.
Behalve met giffen, kun je een gewas beschermen tegen plagen en ziektes door de soort te kruisen met een ander soort. Maar dan moeten die andere soorten er wel zijn. De gewassen die we tegenwoordig verbouwen, ook in onze eigen moestuintjes, zijn sterk en geven meer oogst dan 200 jaar geleden, omdat we met enorme kennis aan het veredelen zijn. Dat veredelen, het verbeteren van genen via kruising, gebeurt met gigantisch veel kennis èn met veel soorten voor handen. Daardoor kunnen we bijvoorbeeld aardappels ontwikkelen die het goed doen op verzilte grond in het Waddengebied, en waarschijnlijk ook in Bangladesh. Maar als die soortenvariëteit verdwijnt, verlies aan biodiversiteit, dan verliezen we dus ook een heleboel mogelijkheden om onszelf te blijven voeden.
Biodiversiteit en pandemieën
De kans op pandemieën wordt groter bij een afname van biodiversiteit, stellen onderzoekers in Nature. Ziektes (bijvoorbeeld virussen) hebben gastheren/-vrouwen nodig, en als de soorten waar ze in huizen uitsterven, dan springen die ziektes over op soorten die wel voortleven en die bij voorkeur ook floreren. Zoals ratten en vleermuizen. Vanaf die ratten en vleermuizen kunnen de schadelijke ziektes veel makkelijker overspringen op mensen dan vanaf diersoorten diep in het woud waar mensen niet vaak mee in aanraking kwamen. Wil je meer lezen over de link tussen biodiversiteit en pandemieën, lees dan deze samenvatting van het IPBES (Intergovernmental Science-Policy Platform on Biodiversity and Ecosystem Services).
Is er hoop!?
We weten het niet, maar we laten je natuurlijk niet met een naar gevoel dit artikel uitlezen. Ja, we kunnen zeker actie ondernemen! In Nederland hebben we sinds 2018 het Deltaplan Biodiversiteitsherstel dat is opgezet door negentien partijen en inmiddels is uitgegroeid tot een stichting van meer dan 100 organisaties. De stichting heeft de ambitie om het verlies aan biodiversiteit in Nederland in 2030 omgebogen te hebben naar biodiversiteitsherstel. Dit doen ze door te kijken naar de mogelijkheden die bij landbouw, natuur en openbare ruimtes liggen.
Maar goed, de EU heeft net besloten de industriële landbouw flink te blijven subsidiëren, tegen die geldmachine kan je als stichting nooit op. De grootste winst valt te behalen door het stoppen van het slopen van leefgebieden. Niet alleen in de Amazone, maar overal. Grootschalige landbouw die blijft uitbreiden, steden die blijven uitdijen, huisjesparken die maar bijgebouwd blijven worden zodat investeerders nog wat bij kunnen verdienen: dat zijn de grootste boosdoeners. En klimaatverandering.
Daarom is het van enorm belang dat wij, de burgers, overal druk blijven opvoeren, waar we maar kunnen. Stem op de partijen die het anders willen, maak je druk over die lap grond in jouw gemeente die groen zou kunnen zijn maar bebouwd dreigt te raken, steun voedselbosinitiatieven, koop je eten bij boerderijen die natuurinclusief boeren, et cetera.
En je kan ook wat doen in je eigenste tuin natuurlijk: alle tegels eruit en biologisch, duurzaam groen erin. Met liefst ook inheemse soorten, want daar hebben insecten en bodemleven extra veel aan doordat ze duizenden jaren zijn geco-evolueerd. Elke vierkante meter helpt!