De bloemetjes van de Silene vulgaris, Blaassilene, lijken wel opgeblazen, vandaar de naam. Het is de kelk van de bloem, en helemaal onderin bevindt zich de nectar. Slim van de bloem, dan moeten de nectarslurpers zich helemaal naar binnen wurmen, bevruchting gegarandeerd. Maar helaas, de nectarslurpers zijn slimmer, die boren tegenwoordig gewoon een gaatje aan de achterkant van de kelk. Heerlijk de natuur!
Water
Blaassilene heeft eenmaal goed geworteld geen extra water nodig, alleen in langdurig droge periodes.
Licht
Silene vulgaris staat liefst in de zon.
Grond
Silene vulgaris groeit in het wild in grasland, in bermen en op hellingen. Vaak wat drogere zand-, klei- en leemgrond.
Doet het ook goed in gemiddelde tuinaarde.
Groei
Blaassilene wordt 30 - 60cm hoog. De stengel is vrij kaal, heeft weinig blad. Silene vulgaris bloeit van juli tot september met witroze bloemen. De kelk met de nectar erin lijkt wel opgeblazen. Verliest in de winter bovengronds blad, loopt in het voorjaar weer uit.
Bloei
Silene vulgaris bloeit van juli tot september met witroze bloemen. De kelk met de nectar erin lijkt wel opgeblazen en is betekend met nerven.
Winter
Silene vulgaris is goed winterhard, hij overleeft strenge vorst. Blaassilene blijft niet groen in de winter, maar sterft bovengronds af.
Familie
Anjerfamilie